KINDVAK 2024

19, 20 & 21 SEPTEMBER 2024

BRABANTHALLEN ‘S-HERTOGENBOSCH

Registreer je hier

Samenwerken met jeugdhulp, hoe gaat dat?

Bezoekers

Samenwerking tussen jeugdhulp, kinderopvang en scholen klinkt prachtig en is goed voor kinderen en ouders. Maar hoe ziet deze samenwerking er in de praktijk uit voor pedagogisch medewerkers? KindVak Magazine gaat op onderzoek uit en vindt in Den Haag en Nijmegen inspirerende voorbeelden.

In Den Haag hebben Dak kindercentra en stichting Jeugdformaat elkaar gevonden op de werkvloeren van drie Dak kindercentra. We ontmoeten moeder Meredith, bij één van deze centra. Zij heeft hulp gezocht bij Jeugdformaat, omdat ze in het duister tastte over wat er met haar zoontje van drie aan de hand was. Hij had moeite met stilzitten, met sociale contacten en hij liep achter in zijn ontwikkeling. In samenspraak met Jeugdformaat werd Merediths zoontje op een vve-groep van Dion Dak geplaatst, in combinatie met specialistische jeugdhulpverlening.

‘Ik vraag me regelmatig af: waarom doen we het niet overal zo?’

In deze groep zijn vier stoeltjes beschikbaar voor kinderen die worden geplaatst vanuit Jeugdformaat. Dat werkt heel goed. De kracht ligt in het samen zijn met de andere kinderen, waar extra ondersteuning aan wordt toegevoegd door een pedagogisch medewerker van Jeugdformaat. Op de groep zelf. Deze pedagogisch medewerker ondersteunt ook de thuissituatie. Naast de pedagogisch medewerker worden een ambulant hulpverlener en een gedragswetenschapper ingezet. Meredith: ‘Mijn zoontje kon bij Dion Dak terecht. Reguliere kinderopvang, aangevuld met ondersteuning vanuit Jeugdformaat die hij nodig had om naar het basisonderwijs te kunnen. Dat ging zo soepel dat je er in de praktijk niets van merkte, hij draaide gewoon mee. De pedagogisch medewerkers van Dak en Jeugdformaat werkten altijd nauw met elkaar samen. Ik merkte geen verschil tussen specialistische jeugdhulp en reguliere kinderopvang. Het sloot goed aan en ging onmerkbaar in elkaar over.’ Deze vloeiende lijn tussen jeugdhulp en kinderopvang ontstaat door aanwezigheid van de vaste pedagogisch medewerker van Jeugdformaat, vier uur per dag. Alle kinderen in de groep draaien mee in het reguliere dagprogramma, maar de pedagogisch medewerker van Jeugdformaat begeleidt kinderen extra in die vier uur. Individueel of in groepsverband, helemaal op maat. Uiteindelijk is iedereen blij. Moeder Meredith vooral. Maar ook Jeugdformaat, omdat ze jeugdhulp ‘om de hoek’ kunnen bieden, bij kinderopvang in de wijk van het kind. De pedagogisch medewerkers van Dak hebben inmiddels meer kennis gekregen over wat ze kinderen ‘extra’ kunnen bieden. Zo hebben ze bijvoorbeeld geleerd dat het bieden van meer structuur of het duiden van de wereld om het kind heen, sommige kinderen enorm kan helpen. En Merediths zoontje? Die doet het nu heel goed op de basisschool!

Goed geaccepteerd
Anne-Marie Stevens is in Nijmegen-Lent bij basisschool Het Talent en kinderopvangorganisatie Kion het eerste hulplijntje voor ouders als deze tegen grotere problemen aanlopen bij de opvoeding van hun kind. Anne-Marie is jeugdhulpverlener en werkt officieel bij Entrea Jeugdzorg. Maar vier dagdelen per week is zij bij Het Talent beschikbaar voor ouders, leerkrachten en pedagogisch medewerkers van kinderopvang en bso als inclusiepedagoog. Met haar kennis en ervaring vanuit de jeugdzorg probeert Anne-Marie als speciaal pedagoog voor sociaal-emotionele ontwikkeling aanvullend te zijn op de teams. Verder begeleidt ze ouders bij het zoeken naar professionele jeugdhulp, als dit nuttig kan zijn en ouders daar behoefte aan hebben. Anne-Marie: ‘De wijze waarop we in Lent intensief samenwerken, betekent dat we snel zaken ten goede kunnen keren voor kind en gezin. Door als professionals aanwezig te zijn op de plek waar het kind ook is, kunnen we met relatief weinig interventies grote stappen maken. Daarom vraag ik me regelmatig af: waarom doen we het niet overal zo? Zeker in de jonge leeftijd van kinderen kan je nog zoveel ellende voorkomen.’ Anne-Marie loopt nu vier jaar rond op de werkvloer van Het Talent. Ze voelt zich goed geaccepteerd door leerkrachten en pedagogisch medewerkers. ‘Iedereen begrijpt dat ik hier niet ben om te controleren hoe andere professionals hun werk doen. Wel om samen te kijken hoe dingen anders kunnen als kinderen of ouders tegen problemen aanlopen. Ik ben snel echt onderdeel geworden van de het onderwijs- en kinderopvangteam. En tegelijkertijd blijf ik de jeugdhulpspecialist, met veel kennis van het aanbod en de mogelijkheden die jeugdhulp biedt.’

Helemaal anders doen
De voorbeelden uit Den Haag en Nijmegen laten zien hoe samenwerking tussen kinderopvang, jeugdhulp en onderwijs eruit kan zien in de praktijk. Het is even wennen, jeugdhulpverleners op de werkvloer. Maar de kinderen hebben er baat bij. Veel pedagogen en jeugdhulpverleners vinden daarom dat overal zou moeten worden samengewerkt. In mei 2017 bracht de kopgroep jeugdzorg van Kindcentra 2020 daarover advies uit. De kopgroep is een samenwerking tussen Jeugdzorg Nederland, de Associatie voor Jeugd en pedagogisch PACT. Te veel kinderen in Nederland moeten naar speciale onderwijs of jeugdvoorzieningen, vindt de kopgroep. Terwijl de Jeugdwet en passend onderwijs juist willen stimuleren dat kinderen kunnen opgroeien in hun eigen pedagogische omgeving. Onderwijs en kinderopvang zijn echter nauwelijks in staat deze passende omgeving alle kinderen te bieden. Daarom moeten kinderopvang, scholen, jeugdzorg en gemeenten de handen ineen slaan. Dan kunnen we toe naar ontwikkelcentra voor alle kinderen, met vormen van ondersteuning én zorg. Een omgeving met een doorlopend pedagogisch ‘programma’, waarin kinderen elkaar kunnen verrijken en er een goede samenwerking bestaat tussen ouders, pedagogisch medewerkers, leerkrachten en professionele jeugdhulpverleners. Zo maken we een omgeving waar voor ieder kind plek is, ongeacht zijn mogelijkheden of beperkingen. In zo’n ontwikkelcentrum (bijvoorbeeld in de vorm van een ikc) wordt de jeugdhulpverlener een vast gezicht op de werkvloer. Zij treedt op als coach, als deskundige op het terrein van (inclusieve) groepsprocessen en begeleider van ouders en kinderen. En ze kan, indien nodig, meer specialistische jeugdzorg makkelijk inschakelen. Voor de werkvloer betekent dit best veel, begrijpt de kopgroep. Leerkrachten, pedagogisch medewerkers en jeugdhulpverleners moeten leren samenwerken in een team, elk vanuit eigen kracht en deskundigheid. Maar samenwerken tussen al die verschillende beroepsgroepen gaat niet vanzelf. Samenwerken moet je leren. De kopgroep wil daarom dat opleidingen daar meer aandacht voor krijgen. Niet alleen de kinderen, ook jeugdhulpverleners, pedagogisch medewerkers en leerkrachten moeten vaker met elkaar in één klas!

Auteur: Aart Verschuur

Deel dit artikel

Gerelateerde artikelen